Erfafscheidingen, zoals een schutting, muur of hekwerk, mogen zonder vergunning geplaatst worden indien deze de maximaal toegestane hoogte niet overschrijden. In dit artikel wordt uitgelegd hoe hoog een schutting mag zijn. In mijn andere artikelen licht ik toe waar een schutting geplaatst mag worden.
Vergunningvrij ‘bouwen’
Gemeenten kunnen handhavend optreden als een schutting te hoog is. Dit kan op basis van het bestemmingsplan, maar ook op basis van artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Daarin is verboden is zonder omgevingsvergunning voor bouwen (ook wel een bouwvergunning genoemd) een ‘bouwwerk’ te plaatsen. Een schutting wordt gezien als een bouwwerk. Een hoge heg of andere beplanting daarentegen niet.
Omdat een schutting wordt gezien als bouwwerk is voor het plaatsen daarvan in beginsel een bouwvergunning nodig. Als een schutting echter voldoet aan bepaalde voorwaarden kan deze ook vergunningvrij geplaatst worden. In Bijlage II van het Besluit Omgevingsrecht (Bor) is opgenomen aan welke voorwaarden moet zijn voldaan.
De maximale hoogte volgens de wet
De Bor bepaalt dat erfafscheidingen van maximaal 1 meter hoog vergunningvrij zijn. Voor een erfafscheiding hoger dan 2 meter is altijd een vergunning nodig. Erfafscheidingen van 1 tot 2 meter hoog kunnen vergunningvrij geplaatst worden indien voldaan is aan de volgende vereisten:
- – De schutting moet achter de zogenaamde ‘voorgevelrooilijn’ staan. Deze denkbeeldige lijn ligt in het verlengde van de voorgevel van de woning. Een schutting aan de voorzijde van uw woning mag dus maximaal 1 meter hoog zijn. Bij een hoekwoning met een zijtuin kan de rooilijn tevens in het verlengde van de zijgevel liggen. In dat geval mag alleen aan de achterzijde van de woning een schutting van 1 tot 2 meter hoogte worden geplaatst.
- – Daarnaast moet de schutting op minimaal 1 meter afstand van openbaar toegankelijk gebied staan. Een vergunningvrije schutting mag dus niet dichter dan 1 meter van het trottoir of de straat worden geplaatst.
- – Tot slot moet de schutting in een ‘functionele relatie’ staan met een gebouw dat al op het erf staat. Dit is vrijwel altijd het geval als het gaat om een bij de woning behorende tuin.
Kortom, bij het plaatsen van een vergunningvrije schutting van 1 tot 2 meter hoogte komt nogal wat kijken. Het is overigens mogelijk dat de gemeente afwijkende of aanvullende regels heeft vastgesteld, bijvoorbeeld in het bestemmingsplan. Neem daarom bij twijfel ook contact op met de gemeente.
Hoe wordt de hoogte gemeten bij hoogteverschillen?
In sommige gevallen kan onduidelijkheid bestaan over de hoogte van een erfafscheiding. Denk bijvoorbeeld aan een glooiend terrein of een buurperceel met een andere hoogte. Het Bor regelt dat de hoogte van een schutting moet worden gemeten op het perceel waar deze geplaatst wordt, dus niet vanaf openbaar terrein (artikel 1 lid 2 en 3 Bijlage II).
Verder volgt uit het Bor dat bij hoogteverschillen wordt gemeten aan de kant waar het terrein het hoogst is. Hierbij is wel van belang dat de grond niet kunstmatig mag worden opgehoogd. Slechts in uitzonderlijke situaties waarin ophogingen of verdiepingen noodzakelijk zijn om het bouwwerk te kunnen realiseren kan hiervan worden afgeweken.
Conclusie
Afgezien van eventuele afwijkende regels van de gemeente, regelt het Bor hoe hoog een schutting mag zijn en hoe de hoogte wordt opgemeten. Erfafscheidingen lager dan 1 meter kunnen zonder vergunning geplaatst worden. Voor erfafscheidingen hoger dan 2 meter is een vergunning vereist. Als de schutting tussen de 1 en 2 meter hoog is dan kan deze vergunningvrij geplaatst worden indien voldaan is aan de hiervoor besproken vereisten.
Indien u een hogere erfafscheiding wenst en geen vergunning aan wilt vragen dan kunt u overwegen om een heg of haag te plaatsen. Hiervoor geldt namelijk geen wettelijke maximaal toegestane hoogte. Houd er dan wel rekening dat deze haag of heg niet te dicht op de erfgrens staat en geen onrechtmatige hinder oplevert.